Vrijdag was de vervolgsessie met de dokter. Na het onderzoek, de bloedkweek, lactose overgevoeligheidstest en poeponderzoek zouden we vandaag ‘beleid’ te horen krijgen. Uiteraard was de rit naar het ziekenhuis weer prima en gezellig, de tocht door de hal en het aanmelden een feestje en ook in de wachtkamer kletste hij ronduit. “Chris Abbing?” werd er omgeroepen en Chris liep naar de mevrouw. “Ik ben niet ziek” zei hij met volle overtuiging. Weer eerst een voor onderzoek van een jonge arts assistent of co assistent (dat weet ik niet) met wat vragen over ziektes in de familie. Even wegen (helaas weer afgevallen), de bevindingen van de afgelopen weken doorgenomen waarbij het meest opvallende was dat hij geen diaree meer heeft gehad sinds hij van de dokter terug was gekomen. Ze zou de dokter gaan halen en bleef even weg. De onderzoekskamer is in de kinderpoli gevestigd, zo’n tijdelijk gebouw dat al erg lang naast het ziekenhuis staat. Het is daar kil en klinisch. Ondanks dat de moeite is genomen om een lange foto op te hangen, kun je merken dat dit niet de werkplek van iemand speciaal is. Het leeft niet, het ademt niet. Jaren geleden was er op onze school een tijdelijke huisvesting bijgebouwd waar wiskunde gevestigd was, ‘wortel’ werd het daarom genoemd. Dat was ook zo levenloos, gehorig en afstandelijk. Niks voor mij.
Toen de dokter binennkwam zei Chris weer: “Ik ben niet ziek”. “Nee hoor”, zei de dokter. “Jij bent niet ziek”. Chris wil de volle aandacht en wisselde meteen van onderwerp over twee mini- afval containers in de vensterbank. De dokter praatte even met hem, maar kapte op een gegeven moment ook af. “we gaan hem bijvoeden met super drankjes.” Twee maal daags een calorie pakje. Uit de onderzoeken was niets gekomen. De conclusie is dat hij klein is en te mager. Na twee maanden moet hij terug komen om te zien of het beter gaat.
Het eten gaat erg moeizaam. In plaats van het conflict aan te gaan, prop ik tegenwoordig maar eten in zijn mond. Niets zelfstandigheid, hij moet gewoon eten. Maar het gaat niet van harte. Behalve als er appelmoes staat of fruit. Je had hem moeten zien na een portie kersen. Alles zat onder en meneer was helemaal verzadigd. Maar goed van kersen wordt je niet dik. We hebben afgesproken dat hij na zijn lunch en na het avondeten in plaats van melkie een pakje gaat krijgen. Dan verstoort het niet de dagelijkse voeding en is het een extra. Nu maar hopen dat hij het ook eet. Maandag krijgen we een proefpakket voor 14 dagen, de fabrikant weet al dat er voorkeuren zijn.