jaar 2.7 Hup Holland!

We zitten in de halve finale!!! Hup Holland Hup! 11,6 miljoen mensen keken afgelopen vrijdag naar Nederland-Brazilië en dat is daarmee in de best bekeken top 5 allertijden gekomen. Ik ben benieuwd naar de andere 4, maar goed, dit is een unicum. Is er is niets dat de gemoederen meer beroerd dan voetbal, ik kan niets bedenken althans. Bijna heel werkend Nederland ligt plat. Je kan geen bestelling plaatsen, geen telefoontje doen, alles ligt stil tijdens de 1 uur en 3 kwartier, als het geen verlenging is. Dat kost wat voor de samenleving, maar tegelijkertijd staat alles stil, dus geen kosten en geen opbrengsten voor niemand.

Ik ben geen voetbal fanaat, mijn gevel is niet oranje, ik spaar geen beesies, geef ze liever terug zelfs. Tijdens de eerste wedstrijd van Nederland had ik zelfs zonder daar schuldig over te voelen een gesprek gepland met wat Bobo’s, die allemaal trouw kwamen. Maar Chris voelt op zijn jonge leeftijd de spanning erg goed aan en gaat wel mee. Voetbal heeft een andere betekenis gekregen voor hem. Op de opvang doen ze graag mee aan de hype en iedereen komt in het oranje. Het is een goede zaak dat ze geen TV hebben, volgens mij is dat tegen de pedagogische regels, maar ik vind het wel sneu voor de dames. Zij moeten het doen met een radiotje en het geschreeuw van die commentator van Gelder (toch?). En tijdens het voetbal is iedereen geschminkt met een vlaggetje of iets anders dat ze willen en spelen de kindjes gewoon buiten, lekker zoals altijd. Chris vindt voetballen erg leuk de laatste tijd, alhoewel hij vaker de bal gooit dan schopt, maar dat zijn details. Ook als hij voetbal op TV ziet, zegt hij met spanning in zijn stem VOETBAL! Het zit er goed in.

Vervelender en dus ook belangrijker vind ik dat hij door de hitte van de afgelopen dagen weer erg last heeft van zijn huid. Hij zit onder de rode vlekken met af en toe bultjes. Net zoals ik, helaas… De temperatuur is de laatste dagen zo hoog geweest dat de uitslag niet direct van de zon komt, daar kun je tenslotte tegen smeren, maar meer van de warmte. Urticaria wordt dat genoemd als een soort algemene verzamelnaam voor uitslag waar meerdere oorzaken voor zijn. Toen ik een jaar of 18 was had ik het heel erg. Als ik zweette had ik op alle warmte zones kleine rode bultjes. Buiten de jeuk en het ongemak was het vooral sociaal vreselijk. Ik was nog lang niet zo zeker van mezelf, zoals ik nu ben. Ik ben toen jarenlang binnen gebleven in de zomer, zon was mijn vriend niet.

Chris heeft niet zo’n last van sociale angsten. Eigenlijk is het bijzonder om te zien dat kinderen van zijn leeftijd het eigenlijk biet is hoe iemand eruit ziet. Er is een eerlijke opmerkzaamheid van alles wat anders is, maar daar zit geen waarde oordeel achter. Dat heeft iets heel moois, iets dat we in onze samenleving goed zouden kunnen gebruiken. Er is zoveel diep leed als het gaat om sociale afwijzing, dat doet echt veel pijn. Dus om eerlijk te zijn, hoeven die geschminkte vlaggetjes niet van mij, maar vind ik het zeker niet erg. Hij vind het leuk en de rest van de groep ook. Doe maar lekker mee Chris! Hup Holland HUP!!!

jaar 2.3 (On)geluk komt in drieën

Is jouw ook opgevallen dat de reclame industrie zich richt op gezinnetjes van drie: vader, moeder en kindje. Blijkbaar is er een shift gaande, waarbij veel gezinnen kiezen voor máár 1 kind en dat soort gegevens moeten serieus genomen worden. Het is nogal een verschil of je een vakantie aanprijst voor gezinnen met een stuk of drie kids, en dus met voldoende slaapplaatsen. Vandaag zat ik ‘campinglife’ te kijken waar een enorm schattige camper werd getoond. Zo eentje waar een goede bestelbus omgebouwd was tot een volwaardige woonbunker met slaapplaats voor drie. En daarna kwam er een beeld van een stacaravan die je huren kon die 3/4 persoons was, met de kanttekening dat de 4e persoon het halletje kon liggen. Wij passen goed in dat rijtje met ons wat-de-reclamemakers-willen gezinnetje. Ons leven is daarop ook ingericht. Vroeger, ten tijde van de grote gezinnen van meer dan 4, werden kinderen bij elkaar in bed gepropt om te slapen als er geen ruimte was. Wij willen voor elk kind een aparte ruimte hebben, want anders ‘slapen ze niet’. Tenminste dat hebben we ons aangepraat. Da’s best wel lastig als je dat zo bekijkt, want het geeft enorme beperkingen in je doen en laten. Ik kan je zeggen dat ik het steeds bewonderingswaardiger vind hoe bijvoorbeeld José en Paul altijd gezocht hebben naar vrijheden in de dingen die ze met de kinderen deden. Nog steeds gaan ze met de woonwagen op vakantie en de kids in de tent, koken op een houtvuurtje en proberen een vakantie te hebben die bestaat uit mogelijkheden en niet uit beperkingen. Natuurlijk gaat niet alles in de interactie niet altijd goed, zeker niet als er andere gezinnetjes bij zijn of mensen die mee gaan op vakantie. Feit blijft dat uitgangspunt bijzonder is, ik kan het bij mezelf niet ontdekken.

Ik heb een nieuwe auto gekocht. De Peugeot was me te duur aan het worden, een slagschip voor de wegenbelasting en voor mijn maatstaven een diesel met een kolk in de tank, want beter dan 1:16 kreeg ik hem niet. De Mégane die ik daarvoor had haalde de 1:20 bijna, de 207 daarvoor spande de kroon met de 1:22 en zelfs mijn oude Passat haalde de 1:19 makkelijk. Nu heb ik een Ford Focus (Fuckus, zoals B&I zeggen) 1.6 TDCI, die volgens een ANWB test 1:25 haalde. Dat is me nog niet gelukt, alhoewel ik merk dat de lange afstanden erg zuinig zijn. De groene 4 sticker, die je in de Duitse steden nodig hebt om te parkeren schittert op de voorruit, het energie label A is op elke achtergrond aanwezig. Hij is ietsje kleiner dan de Peugeot, met name in de hoogte. Dus heeft Chris al een paar keer zijn kop gestoten bij het in de auto zetten.

De keuze voor een Focus was snel gemaakt, de keuze voor deze auto duurde wat langer. Ik zoek dit altijd tot op de bodem uit en surf het internet af, bekijk en bevraag dealers en handelaars naar mogelijkheden en maak dan een keus welke auto’s ik ga bekijken. De dag dat ik mijn Peugeot verkocht was ik al onderweg naar Alkmaar waar een mooie stond.

Nu was er weinig onderhandelingsruimte en na een proefrit van ruim een half uur, had dit de auto kunnen zijn. Hij reed prima, goede bijkomende secundaire voorwaarden, wel veel steenslag, maar al met al geschikt. Maar het was de eerste. De verkoper was er vast van overtuigd dat hij hem wel zou gaan verkopen, maar het scheelde bijna €1000,= met een ander die ik gezien had en die wilde ik toch echt zien. Die laatste is het geworden, ook prima.

Vrijdag twee weken geleden, het was zoals altijd een papa-dag, kwamen veel zaken samen. De dag voor de vakantie was ik moe, zoals te vaak voor de vakantie. Chris speelde was, ik was wat duf aan het computeren toen de post in de bus viel.  Met daarbij een brief van dat eerste autobedrijf. Ik dacht reklame, maar het was een snelheidsovetreding. Van de auto, die ik niet wilde hebben omdat hij te duur was, was een overtreding geconstateerd met een vaste cameraopstelling in een gehucht waar ik doorheen gereden had, van 8 km te hard. Als ik ergens sjacherijnig van kan worden is dat het wel. Als ik de auto gekocht zou hebben, kan ik er nog wel mee leven, maar dit was zo kansloos. Bij de brief zat de foto die gemaakt was van de auto. Ik kon mezelf net niet zien in de weerspiegeling, maar ik was het echt.

De brief had ik nog niet weggelegd of ik kreeg een telefoontje dat ik de functie waar ik op gesolliciteerd had niet had gekregen. Geen sterke argumentatie waarom niet, maar mijn eigen interpretatie was dat door mijn controversiele opstelling aan de andere kant van de tafel, de ondersteunende kwaliteiten die voor deze functie noodzakelijk waren niet werden herkend. Timing is niet mijn sterkste kant, duidelijkheid wel.

Dat was het moment dat ik even een stap terug deed. Ik betaalde de boete snel, deed de PC uit en ging met Chrisje wandelen. Dat is het fijne als je de mogelijkheid hebt om samen iets te doen. Chris vond het natuurlijk prima, die vindt tenslotte alle vormen van aandacht prima. En voor mij was het wachten op dat derde ongeluk, want ongeluk komt in drieën. Chris viel geen tand door de lip op de glijbaan, Martina kwam niet met een erg verhaal thuis. Naast een enorme hoofdpijn was er eigenlijk niet zoveel te melden. Dus heb ik besloten dat dat het derde ongeluk was, anders gaat de regel niet op.

Jaar 2.2 Zijn naam is Chris Abbing

Als je vorige week vroeg aan Chris: “wie ben jij?” dan zei hij “baby”. We zijn al maanden prikkelend bezig om hem ‘Chris’ te laten zeggen. Wat zeg ik, wij zijn al sinds de zomer 2008 bezig. In allereerste instantie kon hij ‘ssss’ zeggen. Maar dat zei hij ook bij poes, alhoewel er daar soms een ‘p’ te ontdekken was. Het was meer een ‘isss’. Dat heeft hij een tijdje volgehouden en daarna ook weer afgeleerd. ‘Papa’ en ‘mama’ was veel leuker, net als ‘opa’ en ‘oma’, ‘poes’ ook. En onze wens was de vader van de uitvoering: Wij vinden hem een schattig klein jongetje en zeggen dus vaak ‘baby’ tegen hem, wat meteen een vertedering inhield. Da’s fout dus en stimuleert niet. Er is nog een fase geweest dat hij af en toe bij foto’s ‘kirge’ zei, maar meestal was het toch ‘baby’. Eigenlijk waren we toen al tevreden, het was tenslotte verstaanbaar, leek op zijn eigen naam en gaf blijk van een poging verandering aan te brengen.

Een paar weken geleden was hij bezig met ‘jij papa’ en ‘jij Mandy’ waarbij hij precies wist wat hij bedoelde. Het vingertje wees de juiste richting op. Maar als je het terug deed en zei ‘jij chrisje’, zei hij staalhard ‘jij baby’ terug, terwijl hij naar zichzelf wees. De echte kentering ontstond bij een actie voor Haïti die de dagopvang had georganiseerd. Als idee hadden ze bedacht om van alle kindjes een foto te maken en ze zelf een fotolijstje te laten besmeuren. Ouders konden dan voor een zelfbedacht bedrag de foto aankopen. Alle kindjes hingen in het halletje, dus elke keer als we naar binnen gingen was het feest. “waar is Chris?” vroeg ik dan en enthousiast zocht en wees hij naar zijn foto. Vorige week dacht ik er eindelijk aan om geld mee te nemen en nam hij zijn foto mee naar huis. De hele weg hield hij de foto vast en brabbelde een uur in de wind. Hele verhalen tegen de foto en elke kjeer tussendoor: “papa?” “ja?” “gammelegrm de tukketukkegratgrat hmmstujj”, wat uiteraard alles duidelijk maakte. Thuis hebben we de foto op de kast gezet, niet omdat die zo mooi is, maar omdat hij er blijkbaar erg veel om gaf. En plotseling op de vraag “wie is dat?” zei hij “Chrisje”, luid en duidelijk. Sinds die tijd is het zoals het is. Hij is baby af.

jaar 2.1 Feestdagen?

Ik weet niet of het een zegen is om op 3 januari jarig te zijn. Ik ken iemand die op 1 januari jarig is en dat is volgens mij nog erger, maar de derde is ook niet echt lekker. Vorig jaar werd hij 1 en in de adrenaline rush van de eerste verjaardag, gecombineerd met het dopen, heb ik er minder last van gehad, maar nu dit al weer zijn tweede verjaardag is valt het me des te meer op. Nu moet ik ook eerlijk bekennen dat de feestdagen dit jaar voor mij niet zo uitkwamen. Dan is zo’n verjaardag nog meer een boter na de vis verhaal. De les van vorig jaar, waarbij het zo druk was dat niemand echt ruimte en tijd kon krijgen wilden we dit jaar niet. Dus gespreid over het weekend hebben we de familie uitgenodigd in de hoop dat er dan wat sfeer en aandacht zou kunnen zijn.

        

De domper was dat op het feestje van de zondag één van de genodigden zijn relatie problemen en gebrek aan zelfvertrouwen  tijdens het kinderfeest uit ging vechten met zijn vriendin in onze gang. Ik heb nog nooit zo’n soap meegemaakt. Ik kan je zeggen dat het totaal ongepast was.  Maar goed, Chris heeft er schijnbaar niet veel van meegekregen en het zal wel ergens weer goed voor zijn. Wat dat dan is, moet nog maar blijken in de toekomst. Nu kan ik het nog niet bedenken.

Toen ik dit vertelde tegen verschillende mensen en daarbij de koppeling maakte met de feestdagen kwamen de verhalen als vanzelf los. Het blijkt dat iedereen wel in de familie iemand heeft die het buitenbeentje is, het zwarte schaap, the outcast. De meeste ergernis zit erin dat er mensen zijn die zich klaarblijkelijk niet kunnen gedragen. Vaak heeft dat te maken met drankgebruik. Er blijken veel ooms en tantes te zijn die op zo’n tweede kerstdag feestje een borrel teveel drinken. De grenzen vallen weg bij die mensen en dan komen de gevleugelde uitspraken. Semi grappig, maar helaas met een totaal verkeerde timing en niet overwogen woordgebruik, en dus kwetsend. Volgens de verhalen komt het regelmatig tot een verbale schermutseling waarna er keuzes gemaakt gaan worden: “dit doen we zo nooit meer”. Maar het moet wel heel raar lopen wil het jaar daarop dezelfde oom of tante niet weer aan het kerstdiner aanwezig zijn met de belofte om zich beter te gedragen. Het is bijzonder opvallend hoe makkelijk mensen in familierelaties geneigd zijn om zich vergevingsgezind op te stellen. Hoe stom, hoe idioot, hoe vervelend, hoe kwetsend of hoe beledigend ze ook zijn geweest, ergens is familie familie. Helaas voor mijn situatie zijn er twee factoren die de vergeving in de weg zullen staan: het is de koude kant van de familie, en ik ben niet echt vergevingsgezind. Daarvoor heb ik al meerdere cursussen en coaching bijeenkomsten achter de rug. Alhoewel ik denk dat makkelijker voor mezelf en voor anderen is als ik er niet zo moeilijk over zou doen, levert dit olifantengeheugen gecombineerd met een pitbull karakter een basis waardoor gesprekspartners van tevoren goed nadenken voordat ze in gesprek gaan met mij. Zakelijk gezien zitten er dus voordelen aan, ware het niet dat ik liever bewuste keus maak dan altijd primair te reageren. 

De week voor de kerst ben ik van de trap gelazerd. In ons achterhuis (de werkunit van twee verdiepingen) heb ik boven een studio gebouwd in de loop der jaren, die redelijk aan vernieuwing onderhevig is. Steeds weer nieuwe inzichten en gebruik maken dat ik minimaal 1 keer per jaar de botte bijl hanteer bij de inrichting. Dit jaar moest een belangrijk basisstuk het veld ruimen: De twee-zitsbank. Al heel wat jaren vind ik dat er een bank in de studio moet staan voor die lange sessie waarbij de een op de ander moet wachten om iets in te zingen of te spelen. De rust blijft in de tent als je dan rustig kunt blijven zitten en een beetje inkakken. Maar mijn neiging om veel te doen per vierkante meter was het afgelopen jaar te erg geworden en er moest ruimte worden gecreëerd. Dus markplaats voor het bankje, een snel plan in mijn hoofd voor de herinrichting en daar ging ik van start. Mijn vader, die vroeger bij de Shell werkte, heeft me wel eens een verhaal verteld van een collega daar ter plekke die de meest zware machinerie in zijn eentje wist te verplaatsen met wilskracht, geduld en een koevoet. Daar heeft voor mij altijd enorm respect uit geklonken. Van nature ben ik niet de sterkste of de meest handige, maar door de ervaringen die ik opgebouwd heb ben ik steeds beter in staat om slim het één en ander te verplaatsen. Dus een twee persoons bankje is geen probleem om van de eerste etage naar beneden te vervoeren in mijn eentje. Dat ging ook prima. Maar daarna werd ik nonchalant en dat is dom. Het volgende artikel was een één persoonsmatras, die niet echt groot of zwaar was. Maar al boven aan de trap gleed ik uit. Natte schoenen van de verse sneeuw, maar vooral niet goed nagedacht. Ik weet nog hoe ik naar beneden viel, ik weet nog dat ik tijd had om in te schatten hoe lang het nog zou gaan duren, ik weet nog dat ik me verbaasde hoe snel je eigenlijk valt en toen ik beneden lag en ik hevig geschrokken mijn eigen triage in wilde gaan zetten, merkte ik een hevige pijn. Nergens specifiek, maar overal. Na even tot mezelf gekomen te zijn, kwamen de survival lessen van Bear Gillis weer naar boven. Door de vrijgekomen adrenaline heb je ’ten minutes of joy’, waarbij pijn en vermoeidheid verder weg lijken te zijn dan voorheen. Daar moet je gebruik van maken. Mensen die in het water vallen, het liefst ijswater, moeten eerst een minuutje rustig worden en dan hebben ze nog tijd zat om eruit te komen en actie te ondernemen om weer warm te worden. Als je het maar binnen die 10 minuten doet. De familie Abbing is geen natural survivor  (alhoewel er een Amerikaanse naamgenoot van Chris redelijk wat bergen op en neer klautert), maar ondanks pijn en ongemak heb ik me omhoog gehesen en ben naar het woonhuis gestrompeld. en Bear Gillis heeft gelijk gehad. Na de 10 minuten begon het echt pijn te doen en op te zetten. Mijn kerstdagen bestonden dus uit een stijve heup, een pijnlijke opgezette bloeduitstorting over bil en heup en spierpijn in de bovenkant van mijn rug die optrok naar een migraine achtige hoofdpijn. Het had erger afkunnen lopen. 

Afgelopen dinsdag heeft Chris op de opvang zijn tweede verjaardag ook gevierd. Op de babygroep stelde dat nog niet zo heel veel voor. Hij kreeg toen een kroon op zijn hoofd en ik denk dat de leidsters hard gezongen hebben. Maar op zo’n dreumes/peuter groep zijn er grotere kindjes die al veel meer bezig zijn met het fenomeen verjaardag. Dus daar is een troon (een grote zit beer) waarop hij mag zitten, midden op de tafel, met zijn allen zingen en wie weet nog zoiets als het ‘kind van de dag’. Chris kwam uitgeput terug die dag, maar vertelde uitgebreid in zijn brabbeltaal wat er allemaal gebeurd was. Ik weet dus nog niks. Het enige dat nog extra mijn aandacht trok bij het ophalen was dat er op het bordje bij de wc stond dat Chris op het potje heeft gezeten! Niet dat hij geplast heeft, maar blijkbaar is dit de leeftijd waarop je ermee aan de slag kunt gaan. De pogingen bij ons bestaan er tot nu toe uit dat aan hem vragen of hij ‘ poep’ heeft als een luier verschonen, en hij is steeds meer geïnteresseerd wat wij op de wc aan het doen zijn. Maar een bewuste poging zoals het potje hebben wij nog niet gedaan. Wij hebben niet eens een potje. Maar dat zal wel tijd gaan worden.

jaar 1.3 Logeren

Ouders zijn  nogal kwetsbaar in een aantal zaken. Zeker jonge nieuwe verse ouders hebben de neiging om veel voorzichtig te benaderen en goed na te denken of mogelijke stappen ook terrecht en doelgericht zijn. Risico’s nemen hoort erbij, maar risico’s beperken en reduceren is ook erg belangrijk. Gelukkig loopt Chris nog niet, al hou ik m’n hart vast als hij met zwabber benen achter de rollator aanloopt en elke keer net niet valt. Ook hoest hij soms en stikt bijna in een koekje. Dood eng allemaal wat dat kind ons aandoet. Nu wil hij ook niet meer in zijn keukenstoel blijven zitten tijdens het eten en valt hij er bijna uit in zijn verwoedde pogingen. Waar gaat het naar toe.Maar even serieus: Chris is voor het eerst blijven logeren bij mijn broer. Fenneke, het nichtje van Chris is 3 maanden oduer, loopt al, is heeeel lief en zorgzaam en een doerak eerste klas. Het kan haar niet hard genoeg gaan. Chris is geen duffo zoals wij hem vergelijken met andere baby’s, maar er zit wel een duidelijk verschil tussen hem en Fenneke. Fenneke wil alles zelf doen, Chris vind het prima om bediend te worden. Hilde (mijn schoonzus) vertelde dat je bij fenneke niet aan hoeft te komen met een klaargemaakt hapje, want dat wordt niet geaccepteerd. Chris wacht netjes op zijn beurt en braaf als hij is, mag dat nog even duren ook. Er zit best pit in het knaapje, maar die drang naar zelf aan de slag te gaan is er nog niet. Er is ook geen noodzaak heb ik zo zelf bedacht. Alle natjes en droogjes maken wij wel in orde. Wij laten Chris niet gaarkoken in zijn eigen sop als we al bedacht hebben dat hij wat te eten moet hebben of een nieuwe luier. De spiegel die ons voorgehouden werd indirect is helder. Wij vinden het niet erg dat we een stapje harder moeten lopen voor dit leuke knulletje en hem voor zijn wenken bedienen. Het zal dus ook wel een lange tijd duren voordat hij zal gaan lopen, laat staan voordat hij zindelijk is. Alhoewel ik bij dat laatste wel ideeën heb. Die hebben te maken met goedkope merken luiers, lange verschoontijden, warm weer en een goed gesprek over wie nu verantwoordelijk is.Het was gezellig in Kampen. Ik heb me ook geen moment zorgen gemaakt. We hebben hem wel gemist, dat was wel erg latent aanwezig. Altijd die gozer om je heen en nu in één keer niet… hmmm dat levert een raar gevoel op. Chris maakt dat niet uit. Hij vind het ook niet erg als we weg gaan bij de dagopvang, als hij in een andere set armen gegeven wordt zoals hij laatst bij de autogarage even door een monteur vastgehouden werd. Het maakt hem niet uit wie er voor hem zorgt, als er maar gezorgd wordt, dat is duidelijk.Eten ging goed, hij at met de pot mee, drinken OK, slapen was wat vreemd, maar uiteraard ook OK. Hij werd wel wakker en aangezien er meerdere kinderen in dat huis zijn mocht hij een beetje melk op de bank beneden. Maar daarna was alles weer OK, want hij was weer verzorgd. Samen spelen met Fenneke was leuk, ook samen badderen ging helemaal snor en toen wij de dag erna weer op kwamen draven was dat ook OK, want dan waren er weer meer mensen die voor hem konden zorgen. Kortom: Het is voor herhaling vatbaar.

in bad met fenneke 

in bad met fenneke