De tijd is voorbij dat kinderen genomen werden om het leven leefbaar te maken. Uiteraard is het nog geen 100 jaar geleden dat een groot gezin een noodzaak was om een oudedagsvoorziening te treffen. Eigenlijk is dat maar heel kort. De welvaart van de westerse landen maken dat heel bewust omgesprongen wordt met het krijgen van kinderen, en uiteraard ook wanneer. 100 jaar geleden was de gemiddelde gezinsgrootte zeven kinderen, tegenwoordig is de gemiddelde gezinsgrootte in Nederland 1,4 kind. Geen wonder dat ons pensioenstelsel op de schop staat. De huidige economische principes gaan er vanuit dat je te maken hebt met een almaar voortdurende groei. Die menselijke maat, en realiseer je dat het echt niks anders zijn dan een aantal afspraken, bestaat sinds een jaar of 50. En dat is ook de reden dat wij in een recessie zijn beland. Het is niet zo moeilijk meer om meer geld uit te geven dan dat je hebt. Op elke hoek van de straat is het mogelijk om een lening af te sluiten, of een creditcard aan te vragen, of een abonnement af te sluiten voor een mobiele telefoon. Zelfs op jonge leeftijd kunnen kinderen al in de schulden geraken, zeker als ouders de naam van het kind misbruiken voor de aanvraag van bijvoorbeeld een creditcard. In Amerika zijn voorvallen bekend waarbij jonge kinderen met enorme schulden zitten omdat ouders rare keuzes hebben gemaakt voor het oplossen van hun eigen problemen. Eigenlijk is dat diep triest.
Maar laten we eerlijk zijn, dit is wel waar kinderen handig voor zijn. Over het algemeen kosten kinderen meer geld dan dat ze opleveren. In de middeleeuwen was dat natuurlijk anders. Kinderen werden pas wat waard als ze op een bepaalde leeftijd hadden kunnen laten zien dat ze nuttig waren. Tot die leeftijd, meestal een jaartje of zeven à acht, werd er niet zoveel geïnvesteerd in het kind. Als het kind voor een baas kon gaan werken, werd het verhaal anders. Dan leverde dat kind een beetje geld op voor de ouders. En na verloop van tijd, als de ouders oud genoeg waren en geen geld meer in het laatje konden brengen, konden ze bij een van de kinderen intrekken. De wereld was erg eenvoudig op die manier. De hardheid was natuurlijk voor de ouders die geen kinderen konden krijgen. Er was geen sociaal stelsel, er waren geen uitkeringen die ervoor konden zorgen dat ouderen toch geld kregen om een goede oude dag te krijgen. Het huidige pensioenstelsel zorgt ervoor dat mensen vanaf een leeftijd van 67 een behoorlijke hoeveelheid geld krijgen om het leven dat ze hadden door te kunnen zetten. Maar wat ik al zei, het werkt alleen maar als er continue groei inzit. Als er niet genoeg kinderen worden geboren die later weer in het werkproces komen, en dan de pensioenen aan kunnen vullen, is het stelsel onbetaalbaar. Maar het tweede risico is dat de gelden van het pensioenstelsel worden beheerd in het huidige economische klimaat. Het geld wordt belegd en geïnvesteerd met de hoop om daar zoveel mogelijk groei in te realiseren. Ik geloof dat een minimaal percentage van 2,7% gehaald moet worden. Maar in de huidige tijden van crisis is er eerder sprake van een daling dan van een stijging. Je moet je realiseren dat dit echt een zeepbel is die makkelijk kan springen onder de verkeerde omstandigheden. Alles heeft te maken met financieel vertrouwen en zolang je dat geniet is er niet zoveel aan de hand. Maar er hoeft maar een klein beetje verlies te zijn en langzaam worden de mogelijkheden steeds verder beperkt. Kijk maar naar het verhaal bij Amarantis.(www.de-fuseren.nl)
Chris kun je er goed bij hebben. Nadat hij 4 geworden is vind ik het ook steeds gemakkelijker om mijn eigen dingen te doen, waarbij Chris op zoek gaat naar iets wat hij leuk vindt. De foto hierboven is een sprekend voorbeeld daarvan: ik wilde op zoek naar een andere auto waarbij ik een leuk modelletje had zien staan in Almelo. Erg weinig kilometers (24 dkm) op de teller en een leuk kleurtje. De anderhalf uur rijden zou voorheen een probleem zijn geweest met kinderen, maar tegenwoordig kan ik aan Chris de keus voorleggen of hij dat wil en dan maken we er gewoon een klein feestje van. We nemen een ijsje onderweg, we zingen liedjes in de auto, tellen allerlei dingen in verschillende talen. Kortom voor het jongetje is het prima. In de autozaak geeft hij mij ruim de gelegenheid om te spreken met de verkoper. Hij zoekt gewoon zijn eigen spelletjes.
Daar zit echter wel een groot nadeel aan. Chris heeft als hobby om zichzelf te verstoppen waarbij hij het heel erg leuk vindt als papa en mama hem gaan zoeken. Als ik van tevoren weet dat we dit spelletje doen, kan ik er wel een mouw aan passen. Maar midden in een volle V&D gaat hij zich tussen een aantal kledingrekken verstoppen waarbij bij mij de angst om het hart slaat. Hij loopt namelijk evenzogoed naar het midden van de winkel om zich daar te verstoppen als dat hij op een meter afstand blijft staan. En bij verstoppen hoort dat je geen geluid maakt. Dus ook als we hem roepen blijft hij stil. Dan moet hij eerst weer op zijn kop krijgen zodat hij weet dat hij in de buurt moet blijven en zich niet mag verstoppen. Overigens is het goed afspraken maken met hem, voordat we een winkel ingaan herhaal ik nog eventjes de regeltjes. En als die weer latent in zijn geheugen staan, is er niet zoveel aan de hand.
In de auto showroom liep hij tussen alle auto’s door om zo de merken tot zich te nemen. Op een moment was ik hem helemaal kwijt waarbij ik hem vond aan de andere kant van de showroom. Hij was een ford aan het bekijken. Uiteraard hield ik het riedeltje op over weglopen, maar ik vroeg hem ook of hij papa niet kwijt was. Het antwoord was ‘nee’. Zolang hij leuk bezig is, is er niet zoveel aan de hand. Het is overigens ook leuk om te zien hoe hij zich met de gesprekken bemoeit. Deze auto was niet mijn auto. De vorige eigenaar had dikke sigaren gerookt er in en deze geur is niet te verwijderen. Toen Chris vroeg, toen de verkoper even weg was, of dit onze nieuwe auto zou gaan worden zei ik tegen hem “dat deze auto stinkt”. Nou dat zijn wel duidelijke uitspraken. Op het moment dat de verkoper terugkwam kreeg hij in alle toonaarden te horen hoe deze auto stonk. Deze directheid moet ik nog leren.
Samenvattend kan ik zeggen dat dit kleine jongetje steeds een beetje groter wordt en daarmee ook steeds een beetje gezelliger. Je kan hem er goed bij hebben als je ergens naar toe gaat waarna niet direct kinderen dingen zijn. Chris weet zich wel te vermaken. Het tweede is dat hij goed aanspreekbaar is op zijn verantwoordelijkheid als bijvoorbeeld grote broer. Als hij iets voor Mijke moet gaan doen, dan doet hij het graag. Of het nu gaat over een paar luiers van boven halen, of een speentje erin doen, zijn huidige werkzaamheden worden altijd even onderbroken. Het komt natuurlijk niet overeen met middeleeuwse kinderarbeid, maar het algemene nut komt wel steeds sterker naar voren.