Even wat statistieken op een rijtje:
- Chris is bijna (overmorgen om precies te zijn om 21:03 uur) een half jaar oud.
- Hij weegt zo’n 7,5 kilo, dat is een goede 4 kg erbij
- hij drinkt nu 180 ml per keer, 5 a 6 voedingen per dag. Tussen de middag en voor het slapen gaan wordt de melk aangevuld met rijstebloem, soms als papje, soms ook gemengd. En 1 a 2 keer per dag een fruithapje.
- Hij heeft maat 68/74, alhoewel sommige 68 hempjes niet over zijn hoofd kunnen, maar dat zal wel met die 5 a 6 voedingen per dag te maken hebben
- Hij is gewoon gemiddeld aan het groeien, lengte en gewicht en volgens alle boekjes van opgroeien volgt hij ook alle fases netjes
En over dat laatste wil ik het nog even hebben. Met een half jaar, werd ons verteld kunnen kinderen wat aanhankelijk een eenkennig worden. Dat heeft te maken met de broodnodige hechting en bewustwording van de betekenis van de personen om de baby heen. Het is nog onduidelijk wat de hechting voor deze tijd betekent en vooral het wegvallen ervan. Er zijn veel wetenschappers die zich de laatste jaren gestort hebben in dit fenomeen (je moet tenslotte ergens op promoveren), maar vooralsnog komen er alleen wat algemene bevindingen uit van wat er gebeurd met kinderen waarvan de hechting met één van de ouders in de begin weken niet heeft plaatsgevonden. De moeilijkheid is dat bij dat soort kinderen er vaak veel meer aan de hand is in het gezin en dat niet zomaar eenvoudig terug te brengen is naar die begintijd.
Onze Chris vindt het niet leuk meer als hij weggeven wordt aan een vreemde. Vorige week op de dagopvang voor het eerst een hele diepe huilbui toen ik hem aan één van de leidsters gaf. Maar ik dacht toen dat het kwam vanwege het lawaai op de afdeling. Maar na een huilbui bij de twee oma’s, was het wel duidelijk aan het worden. Die ‘vreemde’ gezichten, die ‘rare’ stemmen, dat is ook niet leuk voor een baby. En volgens mij gaat het fout omdat ze zo blij zij en duidelijk iets van hem willen, iets waar hij niet aan toe is. Het is zo schattig om te zien als hij dan zijn mondje vertrekt, zijn bolletje tegen mijn schouder aan gooit en klagelijk begint te huilen. De laatste keer deed hij zelfs een arm om mijn hoofd heen en drukte zich tegen me aan. Voor een vader kan het niet beter natuurlijk, ware het niet dat ik hoop dat hij snel leert wat hij nodig heeft om het vertrouwen te geven aan een ander. Dat is natuurlijk een levensles die je niet in een paar maanden van je leven leert, maar zoals bij zoveel dingen zal de basis wel hier beginnen.