Afgelopen week was het herfstvakantie. Zo gemiddeld eens in het negen weken hebben mensen die werkzaam zijn in het voortgezet onderwijs wel een een of andere vakantie. De fusie begeleider kan met enige ergernis constateren dat elke keer als hij van plan is om een resultaat kenbaar te maken er wel weer een vakantie tussendoor zit. “Het lijkt wel alsof de vakanties elkaar zo snel opvolgen… wanneer werken jullie eigenlijk?” Dat laatste is uiteraard gekscherend bedoeld, feit blijft dat deze bevolkingsgroep in Nederland zo’n goeie 10 weken vrij heeft per jaar. Vergeleken met de meeste mensen die tussen de vijf en de zes weken vakantie hebben is dit natuurlijk wel erg veel. Consequentie van dit verhaal is natuurlijk dat wat normaal in 46 weken moet gebeuren, moet in het onderwijs in 40 weken. Dat is soms wel erg hard aanpoten. Zeker als je realiseert dat een werkdag bestaat uit zo’n zeven optredens waarbij het publiek over het algemeen niet tot de categorie zwaar gemotiveerd behoort.
Chris kan zichzelf makkelijk vermaken. Het valt me op dat voor een mannetje van anderhalf jaar hij elke keer weer iets nieuws weet te verzinnen om lekker bezig te zijn. Nu zijn wij daar niet altijd eens met zijn verzinsels, maar feit blijft dat deze jongeman erg creatief is in het verzinnen. Of het nu gaat om kleuren, waarbij bij hem het verschil tussen een kleurboek en een belastingaangifte nog niet echt aanwezig is, of het verschil tussen een kleurboek en een tafel, op de vloer, of de bank, hij verzint het wel. Maar ook langzaamaan begint hij te beseffen dat niet alles mag. Dat betekent natuurlijk ook dat hij gaat uitproberen hoe ver hij dan kan gaan. De “Nee, nee, NEE’s” waren een tijdje weg, maar zijn nu betekenisvol geheel weer terug. Het is nu al een paar keer voorgekomen dat deze gozer echt niet luisteren wilde en dat we hem even een time-out moesten geven. Dat klinkt verantwoorder dan dat wij dat doen. Bij sommige huishoudens in de time out plek al ingericht. Wij moeten ter plekke vaak nog beslissen welke plek het gaat worden, want vaker dan twee keer per week is het niet nodig. Het effect is nog beperkt, maar dat zal ook wat te maken hebben met het gebrek aan regelmaat van deze maatregel. Boos praten en boos kijken daarentegen hebben wel degelijk effect. Probeer dan weg te kijken, draait zijn oog op een rare manier, alles om te ontsnappen aan the evil eye.
Mijn moeder had afgelopen weekend ‘rupsje nooitgenoeg’ meegenomen. Het is natuurlijk echt een baby klassieker. Ik ken geen mensen die dit boek niet kennen. En net zoals al die andere miljoenen baby’s vindt Chris het ook geweldig. Natuurlijk leest mijn moeder erg overdreven voor, maar dat vindt Chris helemaal niet erg. Hij is volledig geconcentreerd op het verhaal, zelfs zodanig, dat hij pas de tweede of derde keer moest lachen.
Nu wist ik het verloop niet meer van het verhaal. Iets met de rupsen en dat die veel eten, maar dat lag wel erg voor de hand. Hoe het eindigde stond me niet meer voor de geest. In het nabije verleden heeft iemand mij eens proberen te vergelijken met dit eetgrage rupsje, in de context dat ik me overal mee wil bemoeien. Als ik toen het einde had geweten van dit boek had ik een erg sterke opmerking kunnen plaatsen, maar zoals met zoveel boeken: ook dit boek ken ik alleen van de flappen tekst. Maar wat blijkt: de rups wordt een vlinder! Ik was helemaal verbaasd. Chris natuurlijk ook, maar voor hem is er heel erg veel nieuw. Mijn moeder neemt het boek trouw weer terug naar huis, zodat dit haar ritueel met haar kleinzoon wordt. Chris is nog de klein om dit te beseffen, maar zoals bij elk ritueel is er een eerste en een tweede keer. Ik hoop dat hij na verloop van tijd verlangt naar een oma die het rupsje gaat voorlezen. Dat vinden ze allebei erg leuk.