week 4 (2 februari 2008) Een nieuwe server

Als ik iets leuk vind is het wel iets nieuws. Iets dat je moet leren kennen, iets dat spannend is, iets dat wat oplevert. Iets met een stekker. Ik kan enorm enthousiast worden van wat de meeste mensen als troep ervaren, als het maar blauwe lichtjes en een stekker heeft.

Sinds een paar maanden heb ik een webserver. Een virtuele weliswaar, maar wel een echte. Eigenlijk wilde ik gewoon alle domeinen onder één pakket gaan brengen omdat het enorm duur is om alles maar los te moeten betalen. En van het één kwam het ander. Ik kon ineens domeinen registreren, users aanmaken, pakketten uitdelen, noem maar op. En samen met Vincent en een aantal klanten hadden we na een paar maanden 60 domeinen draaien en dat werd een beetje bont op de server. Ondanks mijn andere nieuwe aanwinst (CHRIS dus), besloot ik deze maand toch maar over te stappen naar een echte 19” server in een datacentrum in Amsterdam. Hij heeft een stekker, volgens mij ook bauwe lampjes en ik ben enthousiast.

19 inch webserver Beleefhetnu!

Maar de eerste aanwinst strookt wat met de tweede. Een server beheren en leren kennen is veel werk, vooral tijdsintensief. Ik deed dat soort dingen vaak ’s avonds/’s nachts. Maar Chris vraagt veel energie van me, dus het lukt me mondjesmaat om de nieuwe server te leren kennen. Ook had ik het romantische idee dat als hij dan ’s nachts wakker zou zijn, ik best een beetje computeren kon. Nou, vergeet het maar. Ook al zit hij in zijn draagzak en heb ik de handen vrij, stil zitten levert onrust bij hem op. Ik moet dus bewegen en dat gaat niet samen met achter een toetsenbord typen (is er niet een VISTA versie die spraakherkenning heeft? En is die ook al in het Nederlands?). Da’s jammer voor mij, want dan moet ik maar weer een aflevering van DS9 opzetten en misschien is dat eigenlijk ook wel zo goed voor mijn eigen druktemakerij.

P.S.: Mocht iemand behoefte hebben aan maatwerk webhosting en webdesign dan kan je een mailtje sturen naar beleefhetnu@gmail.com!. Of je nu alles zelf wilt doen en alleen een domein nodig hebt en wat ruimte, of je gebruik wilt maken van CMSsen en forum scripts (Ik heb een licentie bij http://www.installatron.com/ waardoor je bij een hostingpakket bij mij met een paar clicks een CMS hebt geïnstalleerd) of dat je gewoon iemand wilt die een website voor je maakt en je alleen je mail wilt lezen, alles kan. Ik werk graag in het ‘warme circuit’, want dan is het makkelijk communiceren over wat je nodig hebt. En de prijs…daar komen we wel uit. De goedkoopste ben ik niet en wil ik ook niet zijn. Ik zoek meer in kwaliteit en goede afspraken.

Week 4 (31 januari 2008) Aanpak voor krampjes

Ik ken babies als kleine mensjes die gezellig aan het pruttelen zijn. Als ze huilen is er iets simpels aan de hand: Honger, poepbroek, koud, of krampjes. De wereld was eenvoudig vroeger…

Chris is erg onrustig, al een paar dagen. Het is zielig om te zien, maar elke keer als hij bijna in slaap is gevallen, geeft hij een kerm en zie je hem rood worden. Hij perst zijn lichaam in elkaar en geeft geluid. Soms alleen een piep of een kreun, soms gaat het over in huilen. Soms weer jengelend, soms ook overgaand naar een diep trieste huilbui.

Chris huilt

Als ouders is dat moeilijk aan te zien. Je probeert van alles om hem stil te krijgen, maar per saldo werken eigenlijk maar twee dingen echt: Op de arm dragen en bij je houden of in zo’n draagzak. Beide imobiliseert je enorm en na verloop van tijd heb je er ook geen zin meer in. Vooral ’s nachts als je moe bent, of je gefrustreert voelt omdat dat kleine mensje zoveel pijn heeft en jij niks kan doen… Het is belangrijk om je voor te houden dat dit mensje echt niet bewust mij in de weg wil zitten, of het nu overdag of ’s nachts is. Chris voelt wat ie voelt, doet wat ie doet en mijn frustratie is de mijne. Die voel ik heus wel, en soms ben ik dan ook boos. Maar als hij dan nog harder gaat huilen weet ik weer dat ik even terug naar mezelf moet gaan. Dat geeft rust, ook op moeilijke tijden.

In het kader van oplossingen hadden we bedacht dat hij maar een andere flessenspeen moet krijgen. Eentje waar minder lucht mee meegezogen wordt. Bij de Etos kwam ik er achter dat van de difrax geen andere spenen meer zijn dan die we al hadden en kregen we het advies om een eigenmerk speen te gaan gebruiken. “Nee”, zei de mevrouw, “er staat wel op de speen dat je die vanaf 3 maanden kunt gebruiken maar dit is echt de goede speen voor kinderen die teveel lucht naar binnen zuigen”. Een flut advies, want de speen is veel te breed voor onze Chris, het loopt er aan alle kanten langs. Ik denk dat we toch nog maar even door gaan zoeken.

Week 4 (25 januari 2008) Baby lingo

Gisteren zijn we naar het consultatiebureau gegaan, voor het eerst eruit met Chris. Ik tel de reisjes van, naar en nog een keer van het ziekenhuis even niet mee, want dat was toch wel anders. Voor het eerst konden we ‘normaal’ met de baby weg. Van mijn ouders hadden we een wandelwagen gekregen die we tot nu toe nog nooit gebruikt hadden. Chris heeft er even in gelegen om een poging tot slapen te gaan doen, maar dat was het dan.

paarse kinderwagen

Natuurlijk waren we aan de late kant. Veel te laat dachten we na wat er in de luiertas zou moeten, maar met mijn inpak ervaring van het ziekenhuis was dat ook vrij rap geregeld. Het valt alleen op dat de tassen zo zwaar en onhandelbaar worden. Natuurlijk een dikke poepbroek 5 minuten voor vertrek die even snel afgewerkt moest worden. Samen praten over welke kleertjes hij aan moet en of dat wel warm genoeg is en vlak voordat we eindelijk onze jassen aan hadden en weg konden gaan zag ik allemaal inpakplastic nog om de wagen zitten. Dat moest er natuurlijk ook vanaf, want het ziet er niet uit als je met een wagen aan het lopen bent waar de labels nog aan zitten.

En daar gingen we op weg, 200 meter lopen naar het gezondheidscentrum in Noorderplassen west. Chris werd meteen stil van het wandelen in de wagen en ik genoot wel van het plaatje. 3,5 minuten verder stond de wandelwagen in de wachtruimte waar een bordje hing dat ‘de baby uitgekleed moest worden’. Natuurlijk moest zijn jasje uit, muts af, maar ook zijn hele pakje uit? Bij binnenkomst bleek dat hij gewogen, de lengte bepaald moest worden en dat doe je natuurlijk in je blootje. Maar aangezien we voor het eerst kwamen, werd het ons niet aangerekend.

Welke opleiding heb je eigenlijk nodig om op een consultatiebureau te werken. Een verpleegkundige met specialisatie kleine mensjes? Of is er een school voor consultatiebureau’s? Het is iets medisch, maar toch ligt de nadruk grotendeels op het sociale: Een baby, de verandering, waarom huilt die, het eten, de regelmaat, de reinheid, de rust, jouw rust. En om dat aan je duidelijk te maken hebben ze een taaltje ontwikkeld, een taaltje dat makkelijk went. Ik weet nog toen Paul en José de eerste kregen ik taal hoorde die iedereen normaal vond, behalve Philippe. Ik vond het zo raar: “Hoe vaak komt je baby?” wat nou ‘komen’, een baby is er en gaat niet weg, laat staan ‘komen’. Een baby laat zich horen of wil iets. Of “Hoe doet je baby het?”, wat dan moet betekenen dat je een algemeen beeld schetst van het wel en wee van een baby, met de nuance dat de baby zich vormt naar jouw patroon. Nu ben ik niet zo tegendraads meer als toen en praat gerust mee met de termen. Ook al hoor ik ze nog steeds.

Opvallend is ook dat de ideeën voor wat het beste is voor een baby volgens mij erg onderhevig zijn aan conjunctuur, tijdsgeest of geografische ligging. Net als het onderwijs zich om de 5 a 7 jaar moet vernieuwen vanwege de verandering, goed of slecht, zo is de babyzorg ook zo bezig. Babies op de zij, wisselligging, buikligging of juiste helemaal niet, draagzakken wel of niet en nu weer bakeren. Chris vindt het prettig om strak ingestopt te worden. In het ziekenhuis deden ze wel eens een laken om hem heen met zijn armen strak langs zijn lichaam. Hij vaart er wel bij. De consultatiebureau mevrouw heeft ons doeken gegeven waarmee het bakeren makkelijker gaat. Ze vond het ook een goede keuze, zoalng de benen maar de ruimte hebben. Mijn schoonzus heeft een kind van 4 maanden en kreeg dat advies nooit, ondanks dat deze baby ook flink druk kan zijn. Wellicht dat de kraamzorg in Kampen andere waardes naastreeft…

week 3 (23 januari 2008) hulpverleners

In Almere hebben we gezondheidscentra. Dat is heel anders dan in de rest van Nederland, daar geldt een soort vrije markt economie als het gaat om zorg. Vroeger was het helemaal erg toen er nog particuliere en ziekenfonds verschillen bestonden. In ’89 kwam ik in Hilversum wonen met vriendin nummer 1 en was op zoek naar een dokter en een tandarts. Ik belde toen wat goudengids vermeldingen af en bij velen kreeg ik te horen dat ‘ze vol waren’. Dat verbaasde me. Ik kwam uit een dorp in de achterhoek waar dit soort problemen zeker niet speelden. Maar na enig aanhouden vond ik een tandarts die van den Burg heette (dezelfde naam als een goede vriend van me, dus dat was wel vertrouwd) en die me wel wilde hebben vanwege mijn particuliere verzekering. En een dokter die ik belde zei aanvankelijk ‘nee’, noteerde mijn nummer ‘voor het geval dat’ en belde een paar uur later terug met de boodschap dat er ‘door het overlijden van een patient ruimte was in zijn praktijk’. Ik was onder de pannen.

De Almeerse zorg is volledig gebundeld, op en paar uitzonderingen na. Maar alle disciplines zijn onder één dak te vinden en dat is makkelijk. Fijn om te merken dat ook goede dingen in Almere uitgevonden worden. Het is wat jammer als je héél graag een andere huisarts wilt, maar voor zover ik begrepen heb is dat ook geen probleem. Je moet er dan wel werk van maken.

Wat mij verbaast is de hoeveelheid disciplines die zich bezig houden met een baby. Een heleboel doen het ook als je baby het goed doet, maar als je een ‘neonatale infectie baby’ hebt wordt de kudde groot: Verloskundigen, kraamzorg, huisarts, consultatiebureau, couveuse verpleegkundigen, kinderarts, nog een huisarts, allemaal mensen die de baby en de verzorging en gezinssituatie in de gaten houden. Goeie mensen ook, dat ontken ik absoluut niet, ik verbaas me allen over de hoeveelheid. Een vriendin van mij heeft de kraamverzorgster op de eerste dag naar huis gestuurd omdat ze het niet prettig vond. Ik vraag me af wat er dan in dat rondzwervende dosier gezet wordt: Potentieel niet begeleidbaar gezin met wispelturig opvoedkarakter: Extra op letten!! Of mag je in Nederland ook gewoon zelf beslissen of je gebruik wilt maken van zorg? Ik ga het niet testen, want ik heb onzekerheden genoeg als het gaat om babies, dus ik kom gewoon op gesprek. Maar ik ben eigenlijk wel benieuwd wat er zou gebeuren.

Dag 18 (21 januari 2008) Deep space nine

14 jaar en onbevangen dacht ik stoer te zijn door te gaan roken. In de fietsenstalling draaide een vriend van me mijn eerste shaggies en ik deed net of ik het lekker vond. De jeugd (dat is nog steeds het probleem) heeft niks te doen, maar wel de behoefte om invulling te geven aan een leegte. Dus ga je stoer praten over roken, intelligent vergelijken tussen de merken, sociaal leren om je te onderscheiden, terwijl je ergens heel goed weet dat het nergens over gaat. Dat is hetzelfde gevoel als op zaterdag in je nest liggen tot 12:00 uur en je voor geen meter realiseren dat je iets anders had kunnen doen… De leegte voelt goed als hij opgevuld is door slaap of praten over sigaretten.

Twee jaar geleden heb ik op een dronken verjaardag besloten te stoppen met roken en dat soort dingen doe ik dan ook. Mijn grootste angst was niet de verslaving, niet het sjagerijnig zijn, maar het missen van mijn rust momenten. Roken doe je namelijk om een informele pauze in te plannen, om even een reden te hebben om niets te hoeven doen, om nu bezig te zijn met dat je straks geen sigaret hoeft.

Chris is ’s nachts vaak wakker: Krampjes. De draagzak zorgt voor wat meer rust, maar als ik denk hem er uit te halen en in zijn mandje te leggen, dan geeft hij al een teken van leven. Beweging zorgt voor rust bij hem. Maar daarmee is mijn rust wel wat moeilijker te vinden. Als in een flits schoot mij het roken weer door mijn hoofd op zo’n ietwat moeilijk moment. Het idee om even de wereld de wereld te laten en ondanks gehuil of drukte die 5 minuten voor mezelf te hebben, even te verdwijnen, leek erg aantrekkelijk. Ik kan nog zo goed dat gevoel terughalen, in dat opzicht is nicotine ook een lastige drug. Het geeft kortdurend die rust, zodat de volgende rust weer extra goed voelt, vanwege de spanning die tussentijds opgebouwd wordt.

In de zoektocht naar een alternatief kwam ik zoals zo vaak uit bij Star Trek. Ik ben geen trekkie, maar kan me enorm verliezen in de fantasiewereld van het heelal. Ik vind ik elke serie die gemaakt is wel iets dat ik leuk vind: TNG is verhalend en zoekend en leuk omdat de personages zich zo ontwikkelen, Voyager is volwassen en doorlopend, Enterprise vind ik erg goed in zijn effecten en verhaallijn, maar bij DS9 zat me altijd iets dwars. Gesitueerd op een space station gebeurde er van alles met dezelfde peronages en ik vond er altijd een hoog soap gehalte in zitten. Maar nu deze nachten zich aandienden werd het steeds aantrekkelijker. Het idee dat ik alle afleveringen heb ( dat is 7 seizoenen met 7 dvd’s waar 4 afleveringen van 3/4 uur op staan, dus zo’n 150 uur DS9) en het soms eenvoudige soap gehalte lijkt een prima alternatief om samen met Chris te bekijken. Ik vind het ook wel goed voor zijn opvoeding trouwens, eigenlijk geldt dat voor iedereen wel…