maand 4 lachen man!

lachen man!

Mijn inspiratie is al maanden weg, misschien al jaren. Af en toe lukt het om er weer eens wat uit te persen, maar mijn zoektocht eindigt vaak bij een behoefte aan vernieuwing of het vinden van wat ik al kan. De muze laat zich niet dwingen, maar vervelend genoeg komt mijn muze alleen als het slecht met me gaat. Conclusie is dat het dus al jaren goed gaat en daar zou je ook gelukkig mee moeten zijn. Maar dat ben ik niet, maar helaas ben ik niet ongelukkig genoeg om de muze weer te voorschijn te toveren.Er zijn voor mij tijden geweest dat de muziek mijn uitlaatklep was voor vanalles. Soms schreef ik muziek in een kwartier, onuitputbaar leek mijn bron van inspiratie. Peter (de andere helft van Abbing & Batink) werd er af en toe horendol van. Met name omdat ik schreef, ruw en basaal, en Peter de boel mooi maakt. Zonder Peter waren het leuke liedjes, Peter maakt ze mooi. Mijn lef was ook veel groter dan dat het nu is. Wellicht dat dat ook met de leeftijd te maken heeft. Ik weet niet of er nu meer op het spel staat of zo, maar ik mis het opzoeken van de grens steeds meer. Het kan natuurlijk ook zo zijn dat ik al zo lang muziek maak dat ik alle grenzen van mijn kunnen feilloos kan vermijden. Dat zou betekenen dat ik niet veel verder meer zal komen op deze manier. De piano in  de kamer staat werkeloos erbij, de gitaren staan stof te vangen, de PC met opnamesoftware wordt eens per jaar opgestart om een diplomalied te schrijven… het blijft een beetje zielige vertoning en hunkering naar het oude.

Chris vindt een heleboel leuk wat ik doe. Eigenlijk alles wel. Als er aandacht bij betrokken is, raar, leuk, grappig, praten, geluid, aanraken, kussen, noem maar op, dan krijg je altijd minimaal een lachje terug. Ik weet nu waarom ouder zo dom doen: Die kinderen geven gewoon teveel complimentjes. En groot of klein, we zijn er allemaal even gevoelig voor. De gesprekken met Chris krijgen steeds meer vorm. Geluiden worden duidelijker, hij lijkt nog meer te willen nuanceren en ik begrijp steeds meer van zijn boodschappen. Die zijn gewoonweg leuk, moet je niet veel over nadenken. Waar hij ook enorm van geniet is zingen. Dan fonkelen zijn oogjes en is zijn aandacht onverdeeld. Ik ken niet veel kinderliedjes, dus verzin ik ze ter plekke wel en dat maakt Chris niet veel uit. Zingen blijft gewoon leuk. Tekst maakt ook niet veel uit en daar heb ik een stukje muze terug gevonden. Even een klein tussenstukje: In de top-periode van mijn muzikale creativiteit heb ik samen met Peter en een pianist blues optredens gegeven. Dat lijkt heel wat, maar in de praktijk kwam het erop neer dat we 1 keer van te voren bij elkaar kwamen om wat basale afspraken te maken. De eerst volgende keer stonden we ophet podium gewoon maar een beetje op gevoel net te doen of het allemaal afgesproken werk was. Zo was mijn aandeel als zanger dat ik ter plekke mijn teksten liet ontstaan. Soms was ‘mijn flow’ zo ideaal dat alles rijmde en klopte. Voor mij was het heel normaal en ging het automatisch. In de liedje die ik met Chris doe beginnen mijn freestyle kwaliteiten steeds meer naar voren. Als vanouds zie ik weer zinnen, voordat ik ze zing, die rijmen en kloppen. Chris vindt het alleen maar leuk, maar hij vindt alles wat zingen betreft leuk. Ik denk dat de muze weer een beetje terug komt.

Philippe

geboren in 1969, al heeel lang in het onderwijs, passie voor muziek, een eigen bedrijf, mooie dingen maken, PC fanaat, vooral strakke Dell latitude E laptops, kwaliteitsbewaker en wil daar graag verder in.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *